Werkplekleren over de grens
Op deze pagina vind je wat precies bedoeld wordt met de term ‘werkplekleren’, welke verschillende vormen van werkplekleren in Vlaanderen en Nederland allemaal bestaan en welke voordelen hieraan verbonden zijn.

Inhoud
-
Wat is werkplekleren
-
Verschillende vormen van werkplekleren
Formele systemen van werkplekleren
Informele vormen van werkplekleren -
Voordelen van werkplekleren
Vergoeding -
Werkplekleren binnen het LES-project
-
Digitale kaart
1. Wat is werkplekleren
Wat wordt verstaan onder werkplekleren? De term ‘werkplekleren’ kent verschillende definities. Binnen het LES-project hanteren we onderstaande ruime definitie van werkplekleren:
“leeractiviteiten die gericht zijn op het verwerven van algemene of beroepsgerichte competenties, waarbij de arbeidssituatie de leeromgeving is”
De arbeidssituatie kan breed geïnterpreteerd worden. Dit kan de beroepspraktijk zelf zijn, maar dit kan evengoed een gesimuleerde omgeving op school zijn. Belangrijk is wel dat de context waar je leert in meer of mindere mate bij het werkveld ligt.

2. Verschillende vormen van werkplekleren
Doordat een brede definitie van werkplekleren wordt gehanteerd, zijn er erg veel verschillende vormen van werkplekleren.
Naargelang de intensiteit van werkplekcomponent wordt een onderscheid gemaakt tussen de structureel ingebedde, formele systemen van werkplekleren en de meer informele vormen van werkplekleren. De formele systemen van werkplekleren zijn ook wettelijk gereguleerd.
Formele systemen van werkplekleren
Werkplekleren in het secundair onderwijs
In Vlaanderen kan je in het secundair onderwijs leren en werken combineren via drie systemen: het deeltijds beroepssecundair onderwijs, de leertijd en via het systeem van duaal leren. Je kan instappen van zodra je 15 bent en de eerste twee jaar van het secundair succesvol hebt afgerond. Indien dit niet het geval is kan je starten vanaf 16 jaar.
Zowel het deeltijds beroepssecundair onderwijs (DBSO) als de leertijd is bedoeld voor jongeren die moeite hebben met het klassieke schoolsysteem en niet langer voltijds op de schoolbanken willen zitten.
Het DBSO wordt aangeboden door een Centrum voor Deeltijds Onderwijs (CDO) en de leertijd wordt georganiseerd door een SYNTRA- opleidingscentrum. Je kan pas starten met een opleiding in de leertijd nadat je een overeenkomst met een onderneming hebt afgesloten.
Anders dan de naam doet vermoeden zijn beide systemen ook voltijdse opleidingen van minimum 28 uur per week. In het DBSO volg je twee dagen per week les in het CDO en ga je drie dagen per week werken in een onderneming. Bij de leertijd volg je 1 dag per week les op een SYNTRA- lesplaats en ga je 4 dagen per week werken.
Afhankelijk van het soort overeenkomst ontvang je een loon of leervergoeding.
Leren op school én op de werkvloer, dat is duaal leren. Zo ontwikkel je competenties die in de toekomst goed van pas komen in je zoektocht naar een job. Wie weet kan je later zelfs aan de slag bij de onderneming waar je je opleiding volgt. Toch liever verder studeren? Dat kan natuurlijk ook. Dan heb je alvast wat praktijkervaring op zak!
Duaal leren is een relatief 'nieuwe' vorm van werkplekleren. Een duale opleiding kan je volgen in het TSO, BSO en het buitengewoon onderwijs. Je kan ook een duale opleiding volgen in een centrum voor deeltijds onderwijs of bij een Syntra-lesplaats. Binnenkort zal ook het hoger onderwijs duale opleidingen aanbieden.
Bij duaal leren verwerf je vaardigheden op de werkvloer én in een school, Centrum voor Deeltijds Onderwijs of Syntra-lesplaats. Dit is het grote verschil met andere vormen van deeltijds onderwijs in Vlaanderen, waarbij je competenties verwerft op school en deze uittest op de werkplek. Duaal leren vormt dus een ideale mix van leren in een onderneming en op school.
Hoeveel dagen je per week op de werkplek leert, hangt af van de studierichting. Meestal gaat het om twee tot drie dagen. Jongeren die meer dan 20 uur per week op de werkplek leren, ontvangen een leervergoeding.
Let op! Duale studie in Nederland, duaal leren in Vlaanderen? Hoewel beide onderwijsvormen het woord ‘duaal’ gemeen hebben, betekenen ze toch iets heel anders!
Werkplekleren in het hoger onderwijs
Sinds academiejaar 2019-2020 zijn hogescholen verantwoordelijk voor de graduaatsopleidingen (vroeger HBO5). Deze graduaatsopleidingen bereiden je voor op het uitoefenen van een beroep en situeren zich qua niveau net onder de professionele bachelor: het algemeen niveau is minder theoretisch dan een bacheloropleiding.
Werkplekleren vormt een belangrijk onderdeel van een graduaatsopleiding en omvat minimaal een derde van de totale studieomvang. Een graduaatsopleiding is de tegenhanger van een associate degree in Nederland.
Pact-opleidingen Syntra
Via pact-opleidingen kunnen verschillende beroepen aangeleerd worden. Tijdens de opleiding zijn cursisten voor minstens 60% aan de slag in een leerbedrijf.
Werkplekleren in het volwassenenonderwijs
Binnen het volwassenonderwijs is werkplekleren niet wettelijk verplicht. Wel zetten verschillende centra voor volwassenonderwijs in op (informele vormen van) werkplekleren.
Werkplekleren in het MBO
Vanaf de leeftijd van 16 jaar kan je in Nederland starten met een opleiding in het middelbaar beroepsonderwijs (MBO). Instromen in het MBO kan als je in het voortgezet onderwijs koos voor een opleiding VMBO (voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs). Het MBO is onderverdeeld in 4 niveaus, elk met zijn eigen opleidingseisen:
- Entreeopleiding (vroeger niveau 1)
- Basisberoepsopleiding (niveau 2)
- Vakopleiding (niveau 3)
- Middenkaderopleiding (niveau 4)
Een MBO-opleiding kan je volgen in regionale opleidingscentra (ROC’s), vakscholen of agrarische opleidingscentra. Daarnaast zijn er ook particuliere aanbieders van MBO-opleidingen. In het MBO kunnen leerlingen kiezen uit twee leerwegen: de beroepsbegeleidende leerweg (BBL) en de beroepsopleidende leerweg (BOL). Volgens de wet zijn ze gelijkwaardig: beide leerwegen leiden op tot hetzelfde diploma.
De beroepsopleidende leerweg (BOL) is een dagopleiding, waarbij je 5 dagen per week naar school gaat. Gedurende de opleiding ga je (meerdere keren) op stage. Deze stage volg je bij een erkend leerbedrijf in het vakgebied en wordt ook wel beroepspraktijkvorming (BPV) genoemd. BOL-opleidingen bestaan voor minstens 20% uit stage.
Ben je jonger dan 18 jaar? Dan kun je een BOL-opleiding kosteloos volgen. Wanneer je 18 jaar of ouder bent moet de opleiding wel worden betaald. Het verschilt per bedrijf of je een stagevergoeding ontvangt en hoe hoog deze stagevergoeding is.
De beroepsbegeleidende leerweg (BBL) is ideaal voor jongeren die het niet zien zitten om vijf dagen in de week naar school te gaan en die het leuk vinden om veel praktijkervaring op te doen.
De beroepsbegeleidende leerweg (BBL) is een opleiding die bestaat uit een combinatie van werken en leren. Gedurende de opleiding werk je gemiddeld 4 dagen per week bij een leerbedrijf en ga je 1 dag naar school. Bij sommige opleidingen is het mogelijk dat de opbouw van de studie een andere vorm heeft. Hierbij krijg je een paar weken les en ga je vervolgens een paar maanden werken bij een leerbedrijf.
Ben je jonger dan 18 jaar? Dan kun je een BBL-opleiding kosteloos volgen. Wanneer je 18 jaar of ouder bent moet de opleiding wel betaald worden. De BBL-opleiding wordt dan vaak betaald door het leerbedrijf waar je werkt. Meestal ontvang je van het leerbedrijf ook een salaris.
Een duale studie in het hoger onderwijs
Een duale studie is zowel mogelijk in het hoger beroepsonderwijs (associate degree, bachelor en master) als in het wetenschappelijk onderwijs (master). Een associate degree is de tegenhanger van een graduaatsopleiding in Vlaanderen. Deze associate degrees bereiden studenten voor op het uitoefenen van een beroep en situeren zich qua niveau net onder de HBO bachelor: het algemeen niveau is minder theoretisch dan een bacheloropleiding.
Bij een duale studie worden studeren en een betaalde baan afgewisseld of gecombineerd. Werk en studie moeten elkaar aanvullen. Zonder passend werk kan je geen duale opleiding volgen. Je hoeft hierbij geen stage te lopen. Je hebt recht op studiefinanciering voor de periode waarin je studeert. Op de universiteit betekent duaal studeren meestal dat je studie wordt verlengd met een jaar werken in de praktijk.
Let op! Duale studie in Nederland, duaal leren in Vlaanderen? Hoewel beide onderwijsvormen het woord ‘duaal’ gemeen hebben, betekenen ze toch iets heel anders!
Werkplekleren in het volwassenenonderwijs
Binnen het volwassenonderwijs is werkplekleren niet wettelijk verplicht. Wel zetten de meeste ROC's in op (informele vormen van) werkplekleren.
Informele vormen van werkplekleren
Naast de formele, wettelijk gereguleerde systemen van werkplekleren richten veel scholen nog tal van andere, minder intensieve vormen van werkplekleren in. Enkele voorbeelden:
- Kijk-, doe-, en inleefstages
- Bedrijfsbezoeken
- Simulatieonderwijs (vb. via een minionderneming)
- Contextlab
- Gastlessen door een werkveldpartner
- Projecten die aangeleverd, begeleid of mee beoordeeld worden door het werkveld
- Speedsolving
- …
3. Voordelen van werkplekleren
Er zijn tal van voordelen verbonden aan werkplekleren. Deze voordelen hangen uiteraard samen met de specifieke vorm van werkplekleren:
- Werkplekleren vormt een uitstekende kennismaking met het werkveld. Je leert in een authentieke context en bent beter voorbereid op de arbeidsmarkt.
- Je leert al doende. Naast het opdoen van kennis krijg je de kans om vaardigheden en attitudes te ontwikkelen.
- Werkplekleren is vaak een welkome afwisseling met het theoretisch gedeelte. Je bent voortdurend in de weer. Verveling? Uitgesloten!
- Je kan aan de slag met ‘echt’ materiaal.
- Je krijgt in sommige gevallen een vergoeding.
Vergoeding
Wanneer je leren en werken combineert, krijg je hiervoor meestal een vergoeding.
In Vlaanderen hangt de vergoeding af van de soort overeenkomst. Afhankelijk van het aantal uur dat je op de werkvloer presteert, worden verschillende types overeenkomsten afgesloten. Elke overeenkomst heeft andere regels rond vergoedingen. Check hier welke vergoeding gelinkt is aan wel type overeenkomsten.
In Nederland verdien je bij BBL-opleidingen meestal een salaris. Een BOL-opleiding geeft recht op een reisvergoeding (OV-jaarkaart) en in sommige gevallen ook op een stagevergoeding.

4. Werkplekleren binnen het LES-project
Binnen het LES-project wordt vooral geëxperimenteerd met meer informele vormen van werkplekleren. Het versterken van de samenwerking tussen het onderwijs en de bedrijfswereld staat hierbij centraal.
Daarnaast wordt ook sterk ingezet op samenwerking over de grens heen. Waarom? We willen graag onze horizon verruimen, van elkaar leren en elkaar inspireren!
In het LES-project worden drie proeftuinen opgezet waarbij aan de slag gegaan wordt met verschillende vormen van werkplekleren werkplekleren. Deze opleidingen situeren zich op het Europese kwalificatieniveau 4 of 5.
Ontdek hier op welke manier binnen de LES-proeftuinen geëxperimenteerd wordt met werkplekleren.
5. Digitale kaart
Op zoek naar een school in West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen of Zeeland waar je één van de formele systemen van werkplekleren kan volgen? Neem dan zeker eens een kijkje op onze digitale kaart.